Kort na de bevrijding was in Zuid-Holland de ontreddering groot. Uit aantekeningen die bewaard zijn gebleven van een bijeenkomst tussen de Commissaris der Koningin van Zuid-Holland, het Openbaar Ministerie en enkele Zuid-Hollandse burgemeesters blijkt dat ook in Gouda de situatie nijpend was. Niet alleen konden de leerlingen niet naar school omdat ze geen schoenen meer hadden, maar bovendien waren de salarissen van het personeel van gemeentediensten en -ziekenhuizen volstrekt achtergebleven bij het gestegen prijspeil. Ondanks de problematische overheidsfinanciën werden de salarissen daarom na de bevrijding onmiddellijk verhoogd. Op een niet afgebeelde pagina van deze aantekeningen constateren de aanwezigen dat met name de gemeentelijke politiecorpsen ‘sterk gedesorganiseerd’ waren.