De Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen was aan het eind van de achttiende eeuw ontstaan als een idealistische beweging ter verhoging van het beschavingspeil van de Nederlandse bevolking. Tot op de dag van vandaag draagt het Nut dit Verlichtingsideaal uit – tegenwoordig onder het motto ‘Kennis is de weg naar persoonlijke en maatschappelijke ontwikkeling’. In Zuid-Holland had (en heeft) het Nut talloze afdelingen. Ook in Oud-Beijerland was (op 20 juni 1817) zo’n ‘departement’ opgericht. In 1946, bijna 130 jaar na de oprichting, functioneerde het departement Oud-Beijerland nog altijd, zij het volgens sommigen niet naar behoren.

In dit concept van een oproep aan de leden om een algemene ledenvergadering bij te wonen verwoordt de secretaris zijn frustratie over het gebrek aan belangstelling voor de serieuze lezingen die het Nut organiseerde. De Oud-Beijerlanders kwamen alleen opdraven als het Nut toneelavonden met bal toe organiseerde – en dergelijk vermaak was ‘niet het doel, dat de maatschappij nastreeft’. Daarom, concludeerde de secretaris, ‘heeft het Departement “Oud-Beijerland” geen reden van bestaan.’ De andere bestuursleden, zo blijkt uit de notulen van 4 juli 1946, deelden het pessimisme van de secretaris niet: de hier afgebeelde oproep werd nimmer verzonden.